Zwitserland 4 punten...Niet dat Zwitserland daar zelf veel aan kan doen hoor, het waren meer de omstandigheden, maar toch, meer dan een vier kan ik deze vakantie niet geven.
Na een weekje vakantie in Zwitserland kan ik zeggen blij te zijn dat we weer terug zijn. Ik zou hier niet verbaasd over moeten zijn omdat onze vakantiepret zich in de praktijk eigenlijk toch altijd meer afspeelt in de vorm van voorpret, dan dat de daadwerkelijke vakantie nou zo leuk is.
Het lijkt wel alsof we een abonnement hebben op minder geslaagde tot regelrecht mislukte vakanties.
Meestal heeft de teleurstelling te maken met het weer. Soms lijkt de bestemming in het geheel niet op de plaatjes in reisgids of op internetpagina. Een andere keer hebben we weer te maken met ongelukken, en dan hebben we natuurlijk nog de autopech... Deze keer begon het feest al vóórdat we vertrokken waren.
Mijn moeder, die met ons mee ging, werd op de dag van vertrek door een auto aangereden terwijl ze op haar fiets zat. Gelukkig viel het letsel mee, in de zin van dat het allemaal veel ernstiger af had kunnen lopen, maar toch...Ze zag eruit alsof ze drie rondes met Regilio Tuur door de boksring had gehuppeld! Gebroken neus, bont en blauwe ogen en stukkende lippen.
Ze is toch meegegaan, maar uiteraard heeft zo'n ongeluk wel de nodige impact, maar helemaal in goede doen was ze natuurlijk niet.
Het fenomeen Zwitserland was ook niet heel geweldig omdat er waar wij zaten niet niet echt veel te doen was behalve wandelen.
En omdat Dennis geregeld de alpjes op en neer is geroeid, en daar heel veel tijd in gaat zitten, Jessy niet echt te porren is voor meer dan één kort wandeltochtje per week, en mijn moeder zoals beschreven niet haar sprankelende zelf was, zou ik dat gewandel dan alleen moeten doen.
Da's op zich niet zo'n punt, ware het niet dat ik het richtinggevoel heb van een aardappel, ik verdwaal nog in mijn eigen huis.
Dus mijn vermoeden was, dat als ik langer dan drie kwartier van het hotel zou afdwalen, ik van de radar zou verdwijnen, en never nooit meer gevonden zou worden.
Het gebeurt met complete vliegtuigen dus waarom niet met mij...?! Enne, best een groot gebied hoor, die Alpen...
Het geheel heeft dus geresulteerd in een week lang min of meer in en om het hotel hangen en veel, heel veel spelletjes spelen.
Ik kan geen pak kaarten, Halmabord, of kolonisten van Catan meer zien!
Ik heb wel leren poolen, en na een week ongelimiteerd kunnen oefenen.....blijk ik nog steeds geen talent...
Één erge leuke dag hebben we besteed in Fun Forest. Het idee daarachter is, dat je verschillende parcoursen moet afleggen in de bomen, van moeilijk tot ogenschijnlijk onmogelijk. Stevig gezekerd, maar verder geheel aan jezelf en je al dan niet aanwezige klimcapaciteiten overgeleverd. Jess vind dit geweldig, en het vermoeden dat zij in een vorig leven op z'n minst één keer deel heeft uitgemaakt van een apenfamilie is aanwezig. Niet gehinderd door enige hoogte of andere vrees slingert ze zich van tak tot tak. Dennis en ik volgen in een iets bejaarder tempo. We moeten oficieel met haar mee als begeleiding, maar meer dan eens heb ik mij afgevraagd wie nou wie begleed...
Even tussendoor,'t was dus leuk hoor, dit Fun Forest, maareh...in Apeldoorn, bij ons om de hoek dus, heb je d'r ook een, maar dit dus even tussendoor...
Kortom,ik was dus eigenlijk na een week wel heel blij dat we weer naar huis gingen.
Uurtje of 9 in de auto, onderweg Dennis afzetten in Tilff (België) voor een wederom belachelijk lange dagtocht op de roeifiets (237 km heen en weer door de Ardennen...)
Even mijn moeder afzetten bij het station in Maastricht, om de laatste twee uur naar huis samen met Jess af te leggen.
Dennis zou dan twee dagen later met de roeifiets weer thuis zijn.
Dit was dus het plan, maarrrrrr......zo ging het dus niet.
Ik zal alle technische details achterwege laten, maar het komt erop neer dat Jess en ik, vanaf ons vertrek uit Zwitserland, er geen 9 maar een slordige 26(!!!) uur over gedaan hebben om thuis te komen.
Autopech was de reden. We hebben te maken gehad met "slechts" 4 Ali's van de wegenwacht, waarvan er twee van de Belgische wegenwacht, en zij deden hun Suske en Wiske imago eer aan.
De eerste weigerde zijn best te doen mij in het Nederlands te woord te staan, en verwachtte dat ik in het Frans uit zou leggen wat er aan de hand was. En geloof me, in het Nederlands kan ik al geen cilinder van een tankdop onderscheiden, laat staan dat ik in het Frans kan uitleggen wat mijn auto mankeert...
Deze "alleraardigste" Franse Belg is dus onverrichter zaken weer vertrokken met de woorden "Bonne Route!" En dat wist ik dan weer wel...dat betekend Goeie Reis.
Nou, het zag ernaar uit dat deze hartelijke wens niet op ons van toepassing zou zijn.
De tweede Belgische "pech onderweg mijnheer" sprak zowaar een gebrekkig woordje Nederlands. Deze Lambiek heeft wat bougies vervangen, en met dezelfde legendarische woorden als zijn voorganger, ons een goede reis gewenst.
Ik had al zo'n onderbuikgevoel, het idee dat we met een paar verse bougies alleen, Brummen niet zouden bereiken, en helaas, helaas, mijn onderbuik had weer eens gelijk.
Om inmiddels 21.45 strandden Jess en ik in Maastricht. (mijn moeder zat toen al op de trein naar Haarlem, en heeft slechts de eerste Belgische flapdrol meegemaakt)
Op de snelweg vlak voor Maastricht had ik besloten een hotel in te duiken. De grens van mijn geestelijk incasseringsvermogen kwam in zicht, de vermoeidheid begon me parten te spelen, en ik heb geloof ik een lichte vorm van nachtblindheid, dus een bed, slaap, en morgen gezond weer op, leek me een goed plan.
We reden Maastricht nog niet in of de auto besloot er weer mee op te houden. Hortend en stotend heeft ie het gered tot op de parkeerplaats van een hotel, maar verder wilde ie niet.
GDVRDGDVR!
Ik was het op dat punt zo zat dat ik besloot een kamer te regelen, en het morgen bij daglicht samen met de hulptroepen van de ANWB opnieuw te proberen.
Maar nee...de mevr. van het hotel vertelde me dat ze geen kamers meer hadden, en dat dat bij waarschijnlijk elk hotel in de buurt zo zou zijn omdat er een of andere bijeenkomst van de NAVO was.
Blijkbaar komt daar heel wat volk op af, want inderdaad, geen enkel hotel had ook nog maar een bedbankje over voor Jess en mij.
Ik voelde me net Maria, maar dan alleen met het kindeke en zonder Jozef, geen plaats meer in de herberg...
Dus maar weer de wegenwacht opgetelefoneerd (goddank voor mobieltjes!) Voor de derde keer anderhalf(!)uur zitten wachten op de goede man.
Dit heldere licht heeft wel het euvel gelokaliseerd, maar vertelde me dat het benodigde onderdeel niet op voorraad was, en omdat het eerste Pinksternacht was, dat nu ook niet meer ging lukken, en dat ik morgenvroeg maar weer moest bellen.
AAAAARRRGGGHHHH!!!!!!!!!!!
Er zat niets anders op dan om in de auto te slapen, en het morgen weer te proberen.
Proefondervindelijk hebben Jess en ik vastgesteld het overnachten in een Renault Kangoo geen pretje is. (En daar lees je nou nooit eens iets over in de autotest van de Kampioen!)
Om half 6 de volgende ochtend heb ik de telefoniste van onze nationale hulpdiensten maar weer eens uit haar bed gebeld, en na (alweer) anderhalf uur duimen draaien kwam kandidaat nummer 4.
Deze zeer vriendelijke, slecht Duits sprekende Belg ( lees: Limburgse jongeman) heeft op zeer ingenieuze wijze het benodigde onderdeel bij een bevriende garage houder los weten te peuteren. Iets wat op tweede pinksterdag vroeg in de morgen ook niet simpel zal zijn geweest.
De gehele reparatie duurde, hou je vast...NOG GEEN TWEE MINUTEN!!!
Toch knap dat ze daar met z'n allen zo'n 14 uur over gedaan hebben...
Uiteindelijk reden we hier om 11.30 het erf weer op, 26 uur dus nadat we uit Zwitserland vertrokken waren.
Mijn lieve Dennis is die dag ook naar huis gekomen zonder zelfs maar aan z'n roeitocht begonnen te zijn.
Hij had mij in de nacht van het autokamperen zo vreselijk overstuur aan de telefoon gehad (Als ik Jess niet bij me had gehad was ik waarschijnlijk vrijwíllig van de radar verdwenen) dat er voor hem maar één weg de juiste leek, en dat was naar huis.
Zijn reis naar huis, met roeifiets en fietskar in combinatie met een trein, een lift naar het perron, 4 keer overstappen, en een geknapte aandrijfkabel is ook niet geheel vlekkeloos verlopen...maar daar was ik niet bij dus hierover gelukkig geen verslag.
Je zult begrijpen dat ik ondanks alle uitdagingen die me hier thuis te wachten staan, toch wel weer heel blij was om terug te zijn.
En na een nachtje goed slapen in m'n eigen bed en iedereen weer veilig thuis, zag de boel er ineens een stuk beter uit.
Het zonnetje scheen, we hadden nog een daggie vrij, dus dak van de Jeep gehaald, hondjes achterin, en rijen!
Cayen en Veerle zaten achterin als Maxima en Laurentine in de open koets op Prinsjesdag, ze wuifden nog net niet naar het gepeupel op en langs de weg...
Jim daarentegen vond het allemaal wat minder. Hij gluurde af en toe eens heel voorzichtig over het randje, en dook dan héél gauw weer onder met z'n oogjes stijf dicht. Ter info: Jim logeert bij ons omdat de bazen aan het varen zijn en Jimmeke niet zo gecharmeerd is van de zeilboot. Al die wind en dat gewiebel... Nou...een cabriolet is ook niet echt zijn favoriete vervoermiddel!
Maar goed, wonderlijk hoe blij je kunt worden van heel gewone dingen, die je dus helemaal niet ver van huis hoeft te zoeken...
Ik zal heus wel weer eens op vakantie gaan, waarschijnlijk binnen een jaar al wel weer, maar voor nu blijf ik lekker thuis.
Trouwens...
Jess heeft de hele reis de, volle 26 uur, zonder mopperen, klagen, zaniken, of zeuren ondergaan, en da's meer dan dat ik van mezelf kan zeggen.
Thuisgekomen is ze met de camera de tuin ingegaan, en heeft onder andere wat zelfportretten gemaakt. Deze foto heeft ze "Liefff" genoemd...Need i say more?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten